Het gebeurt me niet vaak in de horeca, maar onlangs was het raak. Zeer onvriendelijk personeel. Echt, de serveerster in kwestie had wat weg van een verlepte tante Sidonia, je weet wel, die lange spriet uit de Suske en Wiske reeks. Maar in dit geval bleek het een versie met bloeddoorlopen ogen, wallen onder de ogen - die schijnbaar door een aanvaring met een postkoets waren veroorzaakt - en een stem als van een verkouden bootwerker. Allemaal prima; als zij ons goede service had verleend, dan waren die uiterlijke kenmerken misschien niet eens opgevallen, maar in dit geval kon ik mijn ogen niet van haar afhouden.
Het begon al bij binnenkomst. “Zeven man? Zie je wel hoe druk het is? En niet gereserveerd? Ja, dat is dom van jullie, je weet toch hoe druk het hier is?” Nou ja zeg, het is dat er in de nabijheid geen andere tent was waar we wat konden eten, want anders… Met flinke tegenzin wist ze toch een plek voor ons te creëren, want die drukte werd door haar fors overdreven. Met enige terughoudendheid en vervuld door een onbestemd gevoel van spijt gingen we toch maar zitten.
Er werden wat menukaarten op tafel gekwakt door de norse serveerster. Bij het weglopen knalde ze tegen enkele rugleuningen van de gasten, maar er kon geen excuus vanaf. Bij nadere bestudering bleek ze vrijwel iedere stoel te raken, blijkbaar had ze iets te diep in het glaasje gekeken. Even later bestelden we, maar we hadden een verzoekje… Of het eten er wel binnen een half uur kon zijn, want we moesten verder. Hadden we beter niet kunnen doen. De feeks greep haar kans en wees ons de les. “Eerst niet reserveren en dan ook nog het eten snel op tafel? Man, man, man, niet te geloven. Nou ja, ik kijk wat ik kan doen, maar ik ga echt niks beloven. Hadden jullie maar eerder moeten komen.” Ze liet ons verbijsterd achter. We hadden eigenlijk flinke spijt dat we toch hadden besteld. Mopperend en half struikelend zagen we de dame de bestelling doorgeven in de halfopen keuken. De kok keek even over zijn schouder naar ons gezelschap. Wat zou de heks gezegd hebben? Zouden we straks een arsenicumschotel geserveerd krijgen of wordt er dadelijk stiekem op de biefstuk gespuugd? Ik durfde er bijna niet aan te denken. Koppie leeg en gewoon opeten, dacht ik bij mijzelf.
Nu vermoed je, gezien de behandeling van de gasten, dat het eten er slecht zou zijn. Maar verrek, de bestelling stond op tijd op tafel en de kwaliteit was subliem. Hoe was dat in godsnaam mogelijk? In dit eetcafé was er duidelijk een disbalans tussen de kwaliteit van de bediening en van de keukenbrigade. Volgens mij simpel op te lossen: een glimlach kost immers niets. Ik hoop dat de haaibaai in kwestie dit stukje leest. Ze zal vast denken dat het om iemand anders gaat, want van enig zelfinzicht leek geen sprake te zijn. Binnenkort ben ik met hetzelfde gezelschap in dezelfde plaats. We hebben nu al besloten dat we ergens anders wat gaan eten. Ergens waar die glimlach er wel vanaf kan.
Note to self: volgende keer zelf blij kijken wanneer ik op de foto ga...