Mijn laatste tafeltje zat nog lekker te lunchen, drie gezellige kappers uit Laren. Toen het nieuws doordruppelde: alle restaurtants in Nederland moeten dicht, vandaag nog.
Ik had vorige week de tafeltjes al een stuk verder uit elkaar gezet, zodat mijn gasten een veilige ruimte tussen elkaar hadden. Het was al een historisch rustige week.
Maar ik ben blij dat de maatregelen, die blijkbaar noodzakelijk zijn, worden genomen en heb vertrouwen in de daadkracht van onze regering.
Ook ik heb lacherig gedaan over het virus, een griepje, wat maken we ons druk. Maar nu is het serieus: bedrijven schakelen over naar de overlevingsmodus.
Overleven. Bedrijven snakken naar cash. De overheid zwaait met haar cash en kan daarmee alles dicteren. Afgedwongen leiderschap in tijden van crisis.
Vandaag heb ik contact met mijn leveranciers. Voorlopig geen verse bloemen, schone was en de vuilnis en legeflessen hoeven ook even niet worden opgehaald. Zou mijn huurbaas begrip kunnen opbrengen? Morgen houden we grote schoonmaak en daarna is het rustig afwachten.
We zitten allemaal in hetzelfde schuitje: horecaleveranciers, hotels, taxichauffeurs, schoonmakers, de lijst is oneindig.
Alles waarvan we dachten dat het in onze keurig aangeharkte wereld onmogelijk was, gebeurt nu gewoon, per direct. Voorspellingen zijn onmogelijk. De kracht van het virus is enorm.