Drie jaar lang is er geen cao in de horeca. Nu ligt er een onderhandelingsresultaat tussen KHN en CNV Vakmensen. Leden van CNV krijgen slechts zes dagen de tijd om aan te geven of zij akkoord gaan met het onderhandelingsresultaat. Het lijkt erop dat alles op stel en sprong geregeld moet worden. Leden van CNV kunnen tot en met zondag 19 november hun stem uitbrengen.
Als de leden van CNV instemmen met het onderhandelingsresultaat is een nieuwe cao voor de horeca een feit. Bij een positieve stemuitkomst van de CNV leden is er voor de komende twee jaar een cao vastgesteld waar alle horecamedewerkers aan vastzitten. Wij vertrouwen erop dat leden van CNV inzien dat het geen goed onderhandelingsresultaat is en verstandig zullen stemmen.
Een cao moet zorgen voor een eerlijke, fijne werkomgeving
Een cao moet bijdragen aan een eerlijke en fijne werkomgeving met fatsoenlijke en redelijke arbeidsvoorwaarden. Ook moet een cao bijdragen aan een positief beeld van de sector, zodat mensen hier graag willen werken en medewerkers ook willen blijven werken in de horeca.
De cao van drie jaar geleden was al niet rooskleurig en met het resultaat dat er nu ligt brengt dat nog meer verslechteringen met zich mee. In onze vorige berichtgeving hebben wij al enkele gevolgen uit het cao-resultaat omschreven, zoals een minimale loonsverhoging van 1% per jaar, geen overurentoeslag en geen feestdagencompensatie. Dit was nog niet alles:
Leerlingenlonen gaan in 2018 omlaag
In de oude cao horeca werden leerlingen ingedeeld in de loonschaal van hun functie en werd het loon van de loonschaal gekoppeld aan een hoger jeugdloonpercentage. In het onderhandelingsresultaat wordt het leerlingenloon losgekoppeld van de loonschalen en worden de jeugdloonpercentages 5 tot 10 procent lager. Leerlingen worden beloond volgens het wettelijk minimum (jeugd)loon. Dit is geen stimulans en investering om jongeren naar een aantrekkelijke branche toe te trekken.
Werkgevers krijgen meer ruimte als het om min- en plusuren gaat
- Minuren worden niet in januari verrekend, maar werkgevers krijgen straks 6 maanden de tijd. Het gevolg is optimale flexibiliteit voor de werkgever. Medewerkers die, vaak buiten hun schuld om, minuren hebben opgebouwd zijn de dupe. Ook duurt het langer voordat minuren geheel vervallen.
- Een werkgever krijgt geen 13 weken, maar 6 maanden de tijd om plusuren te compenseren. Meer ruimte en flexibiliteit voor de werkgever en de medewerker heeft minder kans op uitbetaling van overuren. De overurentoeslag wordt verlaagd van 150% naar 100%.
Seizoens- en invalkrachten zorgen voor meer onzekerheid
- De horeca sector wordt een seizoensbedrijf. In het cao-resultaat worden twee nieuwe vormen van onzeker werk geïntroduceerd. De seizoens- en invalskracht. Beide vormen bieden weinig zekerheid en garantie op vast werk voor medewerkers. De medewerker heeft weinig rechtsbescherming en er ontstaat een grote afhankelijkheid van de medewerker ten opzichte van de werkgever.