Horecanota Rotterdam onder de loep

Rotterdam heeft zich ten doel gesteld de aantrekkelijkheid van de stad te verbeteren. De horeca maakt daar een wezenlijk onderdeel van uit. Wij nemen een aantal punten onder de loep. In
de Horecanota 2012-2016 zien wij bijvoorbeeld dat het vergunningstelsel eenvoudiger is geworden en administratieve lasten ingeperkt zijn. De verantwoordelijkheid komt meer bij de ondernemer te liggen. Daarnaast kent Rotterdam een hogere concentratie van fastfoodconcepten dan in de andere grote steden.

*Verdeling horeca*
Rotterdam heeft een lager inkomensniveau dan het gemiddelde in Nederland. Rotterdam telt zo'n 1800 horecabedrijven, op een totaal van 43.000 in Nederland. In de laatste tien jaar is in Rotterdam het aantal restaurants gegroeid, maar het totaal aantal horecabedrijven redelijk constant gebleven. Het vloeroppervlak is wel toegenomen: horecazaken worden gemiddeld groter. Als we Rotterdam vergelijken met de andere grote steden, dan heeft Rotterdam gemiddeld minder restaurants en meer fastfoodconcepten per inwoner. Wellicht heeft dit met het lagere inkomensniveau te maken. In vergelijking met de andere grote steden is de concentratie van horeca in het stadscentrum beperkt (30%). Rotterdam kent een grotere verspreiding.

*Veel parttime*
Het overgrote deel van de werknemers in de horeca werkt parttime. Bijna de helft werk minder dan een halve werkweek. 63% van de werknemers in de horeca is geboren na 1985; daarmee zijn werknemers in de horeca gemiddeld relatief jong.

*Vergunningvrij exploiteren*
Een groot aantal bedrijven krijgt de mogelijkheid om onder
een klein aantal voorwaarden vergunningvrij te exploiteren. Voor overige horeca-inrichtingen geldt dat een exploitatievergunning vereist is. Activiteiten worden vergund, niet meer de exploitatievorm. Een dergelijke vergunning doet meer recht aan de feitelijke situatie binnen de horeca-inrichting. Daarnaast worden de administratieve lasten ingeperkt door een slimmere invulling van het horecavergunningenloket. Dit komt de ondernemers ten goede.

*Stimulerende maatregelen*
Daarnaast is een aantal stimulerende maatregelen genomen:
• de mogelijkheid voor ondernemers om tijdelijk horeca te bedrijven in leegstaande panden;
• de mogelijkheid om een gevelzitplaats te exploiteren bij vergunningvrije inrichtingen en vergunningplichtige
horeca-inrichtingen;
• de uitbreiding van het aantal verlaatjes van 10 naar 12 per 1 januari 2013;
• de mogelijkheid om onder specifieke voorschriften met behulp van een voorlopige vergunning in afwachting van de
reguliere vergunning reeds te kunnen exploiteren.

*Popup-concepten mogelijk gemaakt*
In de culturele en kunstensector is al langere tijd de wens aanwezig om te kunnen werken met popup-concepten, hiervoor lanceert de nota de tijdelijke vergunning in leegstaande panden. Daarnaast is het aantal verlaatjes van 10 naar 12 verhoogd en het proces van aanvragen gedigitaliseerd, wat betekent dat iedere horecaondernemer voor slechts een gering bedrag 12 keer per jaar via zijn mobiele telefoon tot 22 uur op de avond van de festiviteiten een verlaatje kan aanvragen en meer uit zijn reguliere exploitatie kan halen. Ook is het mogelijk gemaakt om een beheerder digitaal aan te melden, waarbij de toets of de beheerder mag worden bijgeschreven achteraf plaats- vindt in plaats van vooraf. Tevens wordt het gehele proces van vergunningverlening gedigitaliseerd, wat inhoudt dat een ondernemer straks een digitale vergunningaanvraag kan doen. Ook wordt bijna alles in e?e?n exploitatie- vergunning vervat; zo is de aparte nachtontheffing afgeschaft.

*Aparte vergunning*
Alleen de Drank- en Horecawetvergunning blijft een aparte vergunning, maar wordt wel binnen dezelfde digitale vergunningaanvraag afgehandeld en verstrekt. Daarnaast doet Rotterdam mee aan de landelijke pilot Ondernemersdossier, een landelijk systeem waar ondernemers, indien zij dit wensen, gebruik van kunnen maken.

*Ondernemer krijgt vertrouwen*
De ondernemer krijgt het vertrouwen dat hij voldoet aan de vergunningvoorwaarden die vooraf zijn gesteld en exploiteert conform aanvraag. De ondernemer die de regels naleeft, wordt automatisch *minder gecontroleerd.* De verantwoordelijkheid ligt bij de ondernemer. Daar staat tegenover dat ondernemers die het niet nauw nemen met de regels meer toezicht krijgen en harder worden aangepakt. Op toezicht wordt stedelijke regie gevoerd met als doel digitalisering, introductie van uniforme vormen van toezicht en stedelijke risico-inschattingen. Integraal toezicht (met elkaar) is afgeschaft en vervangen door interdisciplinair toezicht (voor elkaar). Dit naar aanleiding van de veelgehoorde klacht van horecaondernemers die door de grote groepen toezichthouders gehinderd werden bij het exploiteren.

"~Bron: Horecanota 2012-2016, Gemeente Rotterdam~":http://www.rotterdam.nl/Directie%20Veilig/Bestanden/Horecanota03082012.pdf

~Thijs Jacobs~